Intern verslag 51
Archiefonderzoek naar de middeleeuwse bebouwing Achter het Verguld Harnas 9-15 en Achter het Wild Varken 1-3
In het voorjaar van 1998 is archiefonderzoek verricht, naar de middeleeuwse bebouwing ter plaatse van Achter het Wild Varken 1-3 en Achter het Verguld Harnas 9-15. Ter plaatse van laatstgenoemd complex, recht tegenover Achter het Stadhuis, werd bij archeologisch onderzoek dertiende-eeuws muurwerk aangetroffen van wat waarschijnlijk een woontoren is geweest.
De straat naar het woonhuis van Engbert Ludinc van den Dijk
De huidige straatnaamgeving is ontleend aan respectievelijk de huizen Het Verguld Harnas en Het Wild Varken. Eerstgenoemd huis stond in de Vughterstraat ter plaatse van het tegenwoordige nummer 28.1 Ten noorden van Het Verguld Harnas stond een van de oudste stadspoorten, de Jodenpoort. Onder dit huis lag zuidoost-noordwest het restant van de eerste stadsgracht. Zij boog iets verder naar het zuidoosten in oostelijke richting af langs de noordzijde van Achter het Stadhuis. Tegenwoordig is dit nog bestaande water geheel overbouwd.
Op de zuidwestboek van Achter het Stadhuis stond de herberg Het Wild Varken (thans Achter het Stadhuis 36).2 Naar dit huis is de straat vernoemd ten zuidoosten en in het verlengde van Achter het Verguld Harnas. Nog verder naar het zuiden toe heet hetzelfde tracé tegenwoordig Wolvenhoek.
In de Middeleeuwen waren andere benamingen voor deze straat, in zwang, om te beginnen de straat of het straatje naar de representatieve woning, de mansio, van wijlen Engbert Ludinc van den Dijk. De oudste vermelding daarvan die ik heb aangetroffen luidt: 'de straat van de Vughterstraat bij de Jodenpoort naar de woning van Engbert geheten Ludinc van den Dijk'. Zij komt voor in een Bossche schepenoorkonde van 3 juli 1346.3 Ook in latere akten treft men dergelijke aanduidingen aan.
Tevens was in deze en in later tijd de benaming Zijl in gebruik. Zo is er al op 23 juni 1338 sprake van een huis en erf hij de plaats geheten Sile,4 op 23 februari 1368 van een huis en erf 'in de straat strekkende van de straat geheten Sile naar (?) de woning van wijlen Luding van den Dijk'5 en in op 27 februari 1415 van 'de straat geheten Zijl'.6 De benaming Zijl verwijst naar het al dan niet overkluisde water van de voormalige stadsgracht.
Het leek aanvankelijk een aantrekkelijke gedachte om in het teruggevonden fundament een onderdeel van de mansio van Engbert Ludinc van den Dijk te zien. Het onderzoek wees echter uit dat dit complex verder naar het zuiden toe, waarschijnlijk in de Wolvenhoek of de Waterstraat, heeft gestaan. Nader onderzoek zal ongetwijfeld de precieze plek ervan kunnen aanwijzen.7
1. | Zie Mosmans 1907, nr. 255. |
2. | T.a.p., nr. 1457. |
3. | GAH, Tafel van de Heilige Geest, nr. 289: vicum tendentem de vico Vuchtensi prope portam Iudeorum versus mansionem Engberti dicti Ludinc de Aggere. |
4. | T.a.p., nr. 224: prope locum dictum Sile inter hereditatem Franconis dicti Herinc et inter hereditatem Sophye de Derenteren. |
5. | GAH, R 1175, fol. 177v: in vico tendente de vico dicto Sile ad? habitacionem quondam Ludingi de Aggere. |
6. | R 1189, fol. 305v: in vico dicto Zijl. |
7. | Vgl. vooralsnog Van der Vaart 1982, 16 en 23-24. |